
Wanneer je westwaards rijdt vanuit Egilsstadir langs het Lagarfljót (meer) en de Hengifoss waterval (waar we geen zin hadden om heen te hiken) kom je op weg 910 ook wel de austurleið weg genaamd op de IJslandse hoogvlakte van Austurland (oostland) ten noorden van de de Vatnajökull gletsjer. Naast schapen en een verdwaalde auto kom je er bijzonder weinig tegen. Wel zijn er schitterende uitzichten op de 2 bergen van Kárahnjúkar <<https://nl.wikipedia.org/wiki/K%C3%A1rahnj%C3%BAkar>> (838 en 760 meter hoog) en de uitgedoofde vulkaan Snæfell. De Snæfell is met zijn 1833 meter de op één na hoogste (solitaire) berg van IJsland. De hoogste berg is de Hvannadalshnúkur (2110 m) die onder de Vatnajökull gletsjer verscholen ligt.
Het tweede deel van de dag hebben we het gebied ten noordoosten van Egilsstadir verkend. Via de 94 ging het noordwaards om vervolgens naar het oosten af te buigen. Via een bergpas met mooie vergezichten, de hellingen van Njarðvíkurskriður en een weg om het fjord bij Bakkagerði en vervolgens bij het pitoreske haventje Borgarfjordur Hofn uit te komen.
We moesten via dezelfde weg terug rijden naar Egilsstadir aangezien er maar 1 weg naar dit gebied loopt. In Egilsstadir hebben we vervolgens weg 93 genomen oostwaards over de Fjarðarheiði berg pas naar Seyðisfjörður. In Seyðisfjörður komt de veerboot uit Denemarken aan en waarschijnlijk hierom ziet het dorpje er erg verzorgd uit met mooie houten huisjes in verschillende kleuren en een erg schattig kerkje. In de plaatselijke Subway hebben we gelunched.
Op de terugweg zijn we nog even gestopt bij de Gufufoss waterval alvorens terug te keren in ons hotel.
’s Avonds hebben we pizza gegeten in het plaatselijke sportscafe onder genot van een IJsland potje voetbal op tv. Er was niet veel anders.
Overnachting: Egilsstadir – Eyvindara II
Diner: Sportscafe Egilsstadir
Gereden km’s: 366 km
Weer: zon, +/- 11 – 15 graden